TOS-weken: ‘’Vanuit Theory of Mind zoveel meer zicht op TOS’’

Logopedist Tineke Post

Tineke Post werkt ruim 11 jaar als logopedist op het Kentalis Compas College in Oss. Ze is betrokken bij de start en ontwikkeling van de training ToMinZicht en geeft de training aan groepen leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Deze training richt zich op het kunnen verplaatsen in wat anderen voelen, denken of willen, oftewel Theory of Mind (ToM). Tineke vertelt over haar ervaringen met het geven van de training en hoe het haar helpt in haar werk als logopedist.

Gaaf om te geven, maar we blijven in ontwikkeling

‘’Ik vind het superleuk om deze training te geven. De meeste oefeningen maken veel los bij de leerlingen in de puberleeftijd. Dat levert ons interessante informatie op. Voorbeeld? Er is een oefening dat ze een selfie maken, daar 1 minuut naar kijken en zichzelf daarna moeten tekenen. Dat lijkt een logische en eenvoudige opdracht, maar wat blijkt? Sproeten, moedervlekken, beugels en opkomende snorretjes hebben ze dan totaal over het hoofd gezien. Aan de ene kant zijn ze als puber enorm met zichzelf bezig; aan de andere kant (her)kennen ze zichzelf nog niet. Dubbel en interessant tegelijk. Het is soms nog zoeken naar een perfecte balans tussen het doel van de training en het ‘raken’ van de leerlingen. Het doel staat als een huis, want het is gebaseerd op gedegen kennis en onderzoek. Toch merken we dat leerlingen niet altijd geraakt worden door de manier waarop we een oefening laten doen. Soms is een les te talig, dan zien we de jongeren afhaken en schiet het z’n doel voorbij. Dan zoeken wij naar een andere manier om ze wel bij de les te houden en toch het doel voor die trainingsdag te behalen’’. 

Wat heb je nodig om deze training te kunnen geven?

Het geven van de training vraagt een hoge mate van kennis van Theory of Mind en de training zelf; het is geen kwestie van simpelweg een boekje volgen. Wat ik als trainer vooral uit de training haal, zijn de grote verschillen in de TOS bij de leerlingen. De ene heeft een goed inzicht in eigen gedachten en gevoelens en helemaal niet in die van een ander, en andersom. Heel intrigerend. Ik vind het mooi om te zien dat het neuropsychologisch perspectief van Constance Vissers steeds meer uitgedragen wordt. Daarmee ben ik me steeds bewuster geworden van al die gebieden die daarin thuishoren en die zoveel invloed op elkaar hebben. En dus ook op een taalontwikkelingsstoornis. Het wordt steeds duidelijker dat een verstoorde innerlijke taal grote impact heeft op je sociaal-emotioneel functioneren en je communicatieve zelfredzaamheid. De training heeft mij als therapeut en trainer echt verrijkt: vanuit de Theory of Mind heb ik zoveel meer zicht op TOS!’’

Wat vinden de leerlingen ervan?

‘’De reacties zijn wisselend. Als er veel informatie wordt gepresenteerd, vinden ze het saai. Zijn de oefeningen ervaringsgericht dan vinden ze het heel leuk. We sturen niet zozeer op ‘bezig zijn met Theory of Mind’, maar vooral op dat je als persoon eenzelfde situatie anders kunt ervaren dan de ander. En we proberen de hiaten die bij leerlingen met TOS ontstaan als het om duidelijk communiceren gaat, te vullen met taalsuggesties waarmee ze kunnen aangeven wat er in henzelf of de ander omgaat. Wat opmerkelijk is, is dat leerlingen emoties zoals angst of verliefdheid – twee verschillende emoties – op dezelfde plek in het lichaam ervaren; in hun buik. Maar dat ze geen woorden kunnen geven aan die specifieke emoties. Daar helpen wij hen dan bij. Na de training merk ik wel dat ze er iets aan gehad hebben, al hebben ze daar nog wel een zetje in de rug bij nodig. Als ik ze dan help herinneren, zeggen ze vaak ‘’o ja, zo ging dat’’.

Andere kijk op behandeling

‘’Nu ik meer ervaren ben met het geven van de training, zie ik veel sneller hoe TOS van invloed is op de ontwikkeling van de Theory of Mind, het sociaal-emotioneel functioneren en de communicatieve zelfredzaamheid. En daardoor zie ik ook eerder waar mogelijke hiaten zitten en kan ik daar weer beter op inspelen met interventies die op dat moment bij die specifieke leerling passen’’. 

Over TOS-weken

Een taalontwikkelingsstoornis (TOS) staat niet op zichzelf. TOS kan in de loop van de ontwikkeling bij kinderen en jongeren leiden tot sociaal-emotionele problematiek. Zo kan een vijfjarige die niet kan vertellen wat hij wil of voelt, dat misschien laten zien in (negatief) gedrag. En wat als je zestien bent en je kunt je in het contact met leeftijdsgenoten niet goed uiten? Kentalis doet onderzoek om meer inzicht te krijgen in de neuropsychologie van TOS. Zodat jongeren met TOS in zorg en onderwijs in de toekomst nog beter kunnen worden begeleid. Tijdens de TOS-weken praten we je graag bij over drie onderzoeken:

  1. Versterken van sociaal-emotioneel functioneren door virtual reality (VR)-training.
  2. Omgaan met trauma’s; een onderzoek van Kentalis en Viertaal samen.
  3. ToMinZicht, Theory of Mind; training voor professionals en jongeren over inzicht in je eigen binnenwereld en die van een ander. Een drieluik vanuit verschillende invalshoeken: de onderzoeker, de leraar en de jongere.