Onderwijsprogramma en activiteiten

In de schema's hieronder ziet u de vakken die op het KCC Oss worden gegeven. Achter de vakken staan het aantal lesuren per week. Er zijn verschillen in het aantal lesuren tussen de onderbouw en de bovenbouw en tussen de niveaus.

Onze leerlingen volgen dezelfde vakken als de leerlingen in het reguliere onderwijs. Daarnaast krijgen onze leerlingen cluster 2 specifieke toevoegingen zoals extra leertijd voor Nederlands en extra vakken zoals Communicatieve Vaardigheden en Psycho-Educatie en een weerbaarheidstraining in de onderbouw.

Communicatieve Vaardigheden
Bij de lessen Communicatieve Vaardigheden werken de logopedist en docent nauw met elkaar samen. Elke periode worden er vanuit het programma ‘Spraakwaterval’ doelen gekozen om aan te werken.

Spraakwaterval is een cluster 2-methodiek waarbij het vergroten van de communicatieve redzaamheid en het zelfvertrouwen van de leerling centraal staat. De doelen met betrekking tot communicatieve vaardigheden en de sociaal-emotionele vaardigheden staan hierbij naast elkaar. Deze vaardigheden hebben leerlingen nodig om te kunnen participeren in de samenleving. Veel leerlingen beheersen bepaalde technische communicatieve vaardigheden wel, maar durven deze buiten de beschermde muren van school niet toe te passen. Spraakwaterval werkt zowel aan het kunnen als aan het durven, vooral door veel te oefenen. Er wordt geoefend binnen de klas, maar we proberen ook buiten de klas én buiten de school doelgericht te oefenen met de vaardigheden. Dit om de overgang naar zelfstandig participeren in de maatschappij te vergemakkelijken.

Psycho Educatie TOS VSO
De lessen psycho-educatie worden gegeven volgens een, door Kentalis ontwikkelde, leerlijn (nog in ontwikkeling). Deze lessen worden gegeven door de logopedist en de mentor.

Jongeren binnen het VSO krijgen te maken met veel veranderingen in deze levensfase. Het is een uitdagende periode waarin de puberteit en het ontwikkelen hun eigen identiteit centraal staat. Om jongeren goed te begeleiden richting kennis, en ze tools en een versterkt zelfbeeld mee te geven voor de rest van hun leven, vinden wij het belangrijk hier in te investeren. Bij het vak psycho-educatie werkt de leerling aan: de eigen kennis over TOS en de uitdagingen die daarbij horen; bewustwording over wat dit concreet voor hen betekent in het dagelijks leven; het ontdekken hoe je het beste om kunt gaan met deze uitdagingen én welke talenten je juist goed kunt inzetten. Thema’s die tijdens deze lessen aan bod komen zijn o.a. : Ik & (mijn) TOS, sterktes & zwaktes, Vol hoofd, helpende gedachten, Omgaan met gevoelens, Theory of Mind (ToM) training, Puberbrein,  Executieve Functies, tools en de volgende stap naar… (MBO of werk).
 

 

In de bovenbouw hebben leerlingen die de basis- of kaderberoepsopleiding volgen, de keuze uit de volgende afstudeerrichtingen welke verdeeld zijn over twee locaties:

Locatie Zuid

• PIE (Produceren, Installeren en Energie);
• Groen;
• Mobiliteit en Transport.

Locatie West

• Economie & Ondernemen;
• D&P (Dienstverlening en Producten) - met de keuze sport, design of podium;
• HBR (Horeca, Bakkerij en Recreatie);
• Zorg en Welzijn.

Uitstroom arbeid en dagbesteding

leerjaar 1 en 2

Leerjaar 3, 4 en 5

In de onderbouw (leerjaar 1 en 2) wordt het vak Sport en Fun gegeven. Dit vak past binnen het stuk van ‘Vrije Tijd’.

In het eerste jaar volgt de leerling een oriëntatie op alle praktijkvakken. Op deze manier kan de leerling bekijken wat het beste bij hem/haar past. In het tweede, derde en vierde jaar kiest de leerling een vakkenpakket (hierna te noemen: VAPA). In het vijfde jaar kan de leerling deelnemen aan de branchegerichte cursus "Maak er werk van" (MEWV). Ook is er ook de mogelijkheid om in de bovenbouw een VCA (Veiligheid Checklist Aannemers) cursus te volgen.

Binnen beide uitstroomprofielen (arbeid en dagbesteding) bieden we de volgende vakrichtingen:

Hout Bouw Metaal Voertuigen Instal-elektro;

Detail Koken Textiel Verzorging;

Facilitaire dienst Deco; Groen.

Stage is er tijdens alle leerjaren op locatie De Singel. Onder het kopje ‘stage uitstroom arbeid en dagbesteding’ kunt u hier meer over lezen. 

Logopedie

De begeleiding van de logopedist is er op gericht de leerling zo communicatief redzaam mogelijk te maken in de maatschappij. Dit doen zij door, samen met de mentor,  in de klas met de leerlingen te werken aan de communicatieve vaardigheden. Hierbij kan er gebruik gemaakt worden van allerlei communicatiemiddelen (bijv. ondersteunende gebaren en/of solo-apparatuur).

De logopedist begeleid de leerling en zijn/haar omgeving met hulpvragen rondom communicatie (bijv. ouders en stagebedrijven) zodat de leerling zich zo goed mogelijk kan ontwikkelen richting een volgende stap in zijn/haar leven (stage, werk of vervolgonderwijs).

Ook kan de logopedist observeren en adviseren bij praktijkvakken en/of stage en is zij betrokken bij het woordenschatonderwijs en de weerbaarheidstraining: ‘Rots en Water’.

De logopedist geeft naast de lessen Communicatieve Vaardigheden ook, samen met de mentor, het vak Psycho Educatie. Tijdens deze lessen is er aandacht voor ‘Ik en mijn TOS’. Tijdens deze lessen leren de leerlingen omgaan met hun eigen TOS.

Daarnaast geeft de logopedist scholing rondom TOS aan zowel het Kentalis-docenten als aan Hooghuis-collega’s. Ook zijn de logopedisten betrokken bij de “TOS ervaring” voor ouders en stagebedrijven.

De logopedist is onderdeel van de Commissie van Leerlingenzorg (CvL). Zij is nauw betrokken bij het aanvragen van een arrangement.

Individuele logopedie
In sommige gevallen kan individuele logopedische begeleiding meerwaarde hebben. De begeleiding dient dan kortdurend en doelgericht te zijn. De motivatie van de leerling is een voorwaarde voor individuele begeleiding. Een aanvraag moet worden goedgekeurd door de Commissie van Leerlingenzorg (CvL). Voor sommige hulpvragen kan de CvL verwijzen naar een logopediepraktijk buiten school.

Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB)

De Singel (arbeid en dagbesteding)

De lessen LOB worden gegeven in de klas met de methode Strux. Binnen de praktijklessen, LOL (leren op locatie) en STAP (stage en arbeidstrainingsprogramma), bereiden de leerlingen zich voor op stage en uitstroom.

De school helpt de leerlingen bij het maken van goede keuzes tijdens hun schoolperiode voor een passend beroep of dagbesteding (en soms vervolgopleiding). Ook worden leerlingen begeleid in het ontwikkelen van arbeidscompetenties die ze nodig hebben voor stage en werk. Hiervoor zijn de docenten van zowel KCC Oss als De Singel opgeleid in het coachen van leerlingen. Ze zijn getraind in het voeren van gesprekken om de keuze van de leerling voor het vervolgtraject zo goed mogelijk vorm te geven.

Behalve de mentor is de stagecoördinator intensief betrokken bij de leerling. Ten eerste het begeleiden van de stage, maar daarnaast ook bij het maken van keuzes voor een passend beroep of dagbesteding. Hiervoor werkt de stagecoördinator samen met de stagecoördinatoren van de partnerschool (Het Hooghuis De Singel).

ZuidWest (vmbo)

Alle leerlingen proberen in de onderbouw een aantal beroepsvakken uit (oriëntatie).

Tijdens het vak LOB werken de leerlingen met een leerlijn en werkboek. In het werkboek staan verschillende opdrachten die hen laten nadenken over keuzes die zij moeten maken. Bijvoorbeeld over het kiezen van een vakkenpakket, profiel of vervolgopleiding. Om u als ouder te informeren zijn er op ZuidWest regelmatig voorlichtingsavonden. Bij het vaststellen van definitieve keuzes wordt u als ouder natuurlijk betrokken.

Naast de eigen LOB-docent, stagebegeleider en mentor maakt KCC Oss soms ook gebruik van de decaan van de partnerschool (Het Hooghuis ZuidWest). De schooldecaan heeft namelijk als taak het adviseren van leerlingen en hun ouders bij het kiezen van een vakkenpakket, profiel of vervolgopleiding.

Leerlingenraad

Op beide locaties is er een leerlingenraad waaraan ook leerlingen van KCC Oss deelnemen. Samen praten zij met de een Kentalisbegeleider en/of docent van Het Hooghuis (locatie De Singel of locatie ZuidWest) over allerlei onderwerpen die met de school te maken hebben. Ongeveer zes keer per jaar is er een vergadering. De leerlingen die in de leerlingenraad zitten houden de andere leerlingen op de hoogte van waar ze mee bezig zijn.

Lichamelijke opvoeding (gym)

Alle leerlingen volgen de lessen lichamelijke opvoeding (LO, gym). Leerlingen die niet mee kunnen doen met dit vak moeten hiervoor verlof aanvragen bij de directeur. Ze moeten daarvoor een getekend verzoek van de ouders of (huis-)arts meenemen. Zonder dit briefje is er geen geldige reden of excuus om niet mee te hoeven doen.

Gymkleding

Leerlingen hoeven de gymkleding niet aan te schaffen via school maar kunnen dit zelf kopen. Een zwarte broek (lang of kort) en een wit T-shirt (lange of korte mouwen). De kleding moet geschikt zijn om in te sporten (geen naveltruitje). Als leerlingen al Hooghuis-kleding hebben mogen ze dit natuurlijk ook dragen.

De gymkleding is niet bedoeld om tijdens andere lessen te dragen en moet regelmatig gewassen worden. De leerlingen wordt gevraagd te douchen na de gymles, zodat zij weer fris in de volgende (vak)les verschijnen. Leerlingen moeten daarom ook een handdoek meenemen. Aan het begin van het schooljaar worden deze regels aan de leerlingen meegedeeld.

Huiswerkklas

Op locatie West zijn er veel leerlingen die huiswerkondersteuning willen. Dit is mogelijk en hiervoor zijn de volgende afspraken gemaakt:

Individueel kunnen afspraken gemaakt worden over extra huiswerkondersteuning. Huiswerkondersteuning vindt plaats nadat het is aangevraagd en goedgekeurd via het CvL van KCC Oss. U kunt dit van tevoren met de mentor bespreken. Er is één uur huiswerkondersteuning per week.

Regels van de huiswerkklas;

Er wordt rustig gewerkt. Leerlingen mogen elkaar niet storen.

De huiswerkklas is geen opvanglokaal na schooltijd. Leerlingen komen om huiswerk te maken. Als het lesuur is afgelopen, gaan de leerlingen naar huis.

De leerlingen zorgen ervoor dat ze alle spullen bij zich hebben om hun huiswerk te kunnen maken en dat de laptop is opgeladen. Er wordt tussentijds niet door de school gewandeld.

Tijdens dit lesuur gelden dezelfde schoolregels als tijdens alle andere lessen.

De leerling is zelf verantwoordelijk voor het maken van zijn huiswerk en is verantwoordelijk voor het stellen van vragen aan de begeleidende docent.

 

Portfolio

De leerlingen met uitstroomprofiel arbeid of dagbesteding hebben vanaf de start van hun schoolloopbaan een portfolio waarin de leerdoelen (opgesteld vanuit de leerlijnen, CED-Groep) opgenomen zijn. Leerlingen houden (met ondersteuning van de docent) de resultaten bij van hun ontwikkelproces. Als ze van school gaan, gaat deze map mee naar huis.

Op ouderavonden kunt u de map van uw zoon/dochter bekijken. In het portfolio zitten certificaten (bijvoorbeeld het certificaat "Maak er werk van" of een certificaat van rekenen of Nederlands op 1F niveau) en bewijsstukken van deelname van de praktijkvakken (VAPA). Het is belangrijk om het portfolio te bewaren. Het kan zijn dat een vervolgopleiding of een werkgever vraagt naar bewijsstukken en/of behaalde certificaten.

Leermiddelen

Leerlingen op locatie ZuidWest en locatie De Singel werken met de BYOD-methode (Bring Your Own Device). Dit betekent dat leerlingen hun eigen laptop meenemen waarmee ze in de lessen moeten werken. De laptop is daarom ook een verplicht hulpmiddel. Ouders kunnen een laptop via school huren, kopen of in sommige gevallen lenen.

Bij huur of koop mag de laptop mee naar huis zodat de leerling er thuis ook op kan werken. De huur- en kooplaptops worden tegen een hele goede prijs aangeboden. De ICT-afdeling van Het Hooghuis ondersteunt deze laptops. Als er problemen zijn dan kan de leerling hier terecht en kan er ook tijdelijk een leenlaptop gebruikt worden. Dit geldt niet voor laptops die niet via school aangeschaft worden. Als KCO adviseren wij ouders om van deze regeling gebruik te maken.

Overgangsnormen praktijkonderwijs

Op het praktijkonderwijs streven we naar een soepele én succesvolle doorstroom van leerlingen vanuit de onderbouw naar de bovenbouw. Binnen ons onderwijs bieden we 3 leerroutes (dagbesteding, (beschutte) arbeid, entree) aan. Na ieder leerjaar bekijken we of de leerling op de juist leerroute zit van het leerjaar. Dit doen we door de resultaten te analyseren van:  

1. De ontwikkelscores van de JIJ! toets op de gebieden Nederlands lezen, Nederlands taalvaardigheid en rekenen;
2. De IKAN (sociaal emotionele en maatschappelijke competentievaardigheden);
3. Stagebekwaamheid. 

Wanneer een leerling op meer dan 2 gebieden uitvalt, dan bespreken we de leerling in de CvL (Commissie van Leerlingenzorg) en gaan we na wat er nog meer aan ondersteuning nodig is om de leerling op de juiste leerroute te krijgen of dat er een andere leerroute nodig is. 

Het praktijkonderwijs duurt vijf jaar. De schoolloopbaan op KCC Oss kan verlengd worden met één jaar op het moment dat het óf de kans op de arbeidsmarkt óf de doorstroom naar vervolgonderwijs vergroot. 

Overgangsnormen vmbo

Onderstaande overgangsnormen gelden voor leerlingen van leerjaar 1 en leerjaar 2 van locatie ZuidWest. We streven naar een soepele én succesvolle doorstroom van leerlingen vanuit de onderbouw naar de bovenbouw. Vanuit deze gedachte zijn onderstaande overgangsnormen tot stand gekomen:

• een leerling wordt bevorderd bij één of geen onvoldoende
• een leerling wordt besproken bij twee, drie of vier onvoldoendes
• een leerling wordt afgewezen bij vijf of meer onvoldoendes 
• het cijfer 5 (< 5,5) wordt beschouwd als een onvoldoende
• het cijfer 4 (< 4,5) wordt beschouwd als twee onvoldoendes
• het cijfer 3 (< 3,5) wordt beschouwd als drie onvoldoendes

Daarnaast:

• moet de som van de laagste drie cijfers minimaal 15 zijn, waarbij voor maximaal één van de drie kernvakken (Nederlands, Engels en Wiskunde) een 5 gescoord mag worden.
• wordt een leerling altijd besproken wanneer de leerling een onvoldoende heeft voor het leergebied (Beeldende Vorming, Mens en Maatschappij, Natuur en Techniek, Natuur en Gezondheid) dat bij de gekozen afdeling in de bovenbouw hoort.
• wordt een leerling met een onvoldoende werkhouding altijd besproken. De werkhouding wordt beoordeeld in: Goed, Voldoende, Twijfel, Onvoldoende.
• wordt bij alle voortgangsbeslissingen, naast de rapportcijfers, gebruik gemaakt van de resultaten van de methodeonafhankelijke toetsen (Cito voor Engels, Nederlands, wiskunde en rekenen), de IKAN (meet de sociaal-emotionele ontwikkeling en sociale en competenties) én de werkhouding.

De docentenvergadering beslist uiteindelijk over de voortgang op grond van bovenstaande normen én gezond verstand, waardoor de docentenvergadering het recht heeft in voorkomende gevallen van bovenstaande regels af te wijken. Leerlingen die besproken worden, krijgen van de rapportvergadering een bindend advies voor bevordering, doublure of doorstroom naar een lager niveau c.q. andere leerroute.

De school organiseert verschillende buitenschoolse activiteiten en excursies.

Over de kosten leest u meer in het hoofdstuk ouderbijdrage. Als er tijdens het schooljaar een activiteit aan komt, hoort u dat via de mentor of via de school. 

Activiteiten locatie West (vmbo)

Het schooljaar wordt begonnen met een paar introductiedagen voor de leerlingen uit leerjaar 1 en 2. Tijdens deze dagen maken leerlingen kennis met elkaar, met de docenten en met het schoolgebouw.

De leerlingen van klas 3 en 4 hebben in de eerste week een activiteit met de klas en volgen de rest van de week het lesrooster.

Voor de vakken beeldende vorming en ckv (culturele en kunstzinnige vorming) plannen we tijdens het schooljaar culturele activiteiten. Denk hierbij aan een museumbezoek of bijvoorbeeld een bezoek aan een toneelvoorstelling.

De overige activiteiten gedurende het schooljaar staan op de jaarkaart.

Activiteiten locatie De Singel (praktijkonderwijs) 

Elk jaar wordt er voor alle leerlingen van de school een pedagogische werkweek of schoolkamp georganiseerd. Deze werkweek of het schoolkamp is een zeer belangrijk onderdeel van het schoolprogramma en is verplicht* voor alle leerlingen. 

• Klas 1: schoolkamp
• Klas 2: schoolkamp
• Klas 3: werkweek
• Klas 4: schoolreis
• Klas 5: schoolreis

*Alleen om medische redenen kan het zijn dat een leerling niet mee kan doen. Een medische verklaring van de huisarts of schoolarts is vereist. De leerling volgt dan op die dagen een ander programma. Als het meedoen aan deze activiteiten om financiële redenen moeilijk is voor ouders/verzorgers kunnen zij contact opnemen met de schoolleiding.

Sportdagen

Ieder jaar wordt op elke locatie een sportdag georganiseerd samen met de reguliere partnerschool.
Overige activiteiten gedurende het schooljaar staan op de jaarkaart.

Stage uitstroom vervolgonderwijs (vmbo)

Leerlingen in de bovenbouw van het vmbo volgen een stage die past bij hun beroepsopleiding. Als de stage voldoende wordt afgesloten krijgt de leerling een stagecertificaat tijdens de diploma-uitreiking. 
De stages zijn verplicht en tellen mee in de beoordeling van het praktijkvak van het 3e en 4e leerjaar.

De leerling moet zelf een stageplek zoeken. Voor een aantal beroepsafdelingen worden de leerlingen aan een bedrijf gekoppeld door de vakdocenten. Dan hoeven leerlingen niet meer zelf naar een eigen plek te zoeken.

Stage uitstroom arbeid en dagbesteding (praktijkonderwijs)

In het tweede leerjaar volgen de leerlingen het vak LOL ("Leren op Locatie"). De leerling gaat dan tijdens de les met de docent naar een bedrijf (bijvoorbeeld een boerderij, cateringbedrijf, kringloopwinkel of supermarkt) om werkzaamheden te doen. Dit is al een goede voorbereiding op de stage in het derde jaar. 

In leerjaar 3 volgen de leerlingen het STAP traject. Dit is ook een voorbereiding op stage, maar dan bij het arbeidstrainingscentrum in Oss. Leerlingen worden na een periode van 10 weken beoordeeld op stagebekwaamheid door de werkgever. Daarna gaat de stagebegeleider samen met de leerling op zoek naar een stageplaats dicht bij zijn/ haar woonplaats. De leerlingen starten met een stage voor één dag per week. Dit wordt uiteindelijk uitgebreid naar drie dagen stage.