Communicatie stimuleren via zintuigenverhalen

Doelgroep
Communicatief meervoudige beperking (cmb)

Bij personen met een communicatief meervoudige beperking (cmb) sluiten bestaande voorleesmethoden en verhalen vaak niet goed aan. Met Zintuigenverhalen wordt op een prettige, herkenbare manier interactie en communicatie gestimuleerd.

Voorlezen met al je zintuigen!

Dat voorlezen belangrijk is voor de ontwikkeling op verschillende domeinen is algemeen bekend (zie bijv. Bus, Van IJzendoorn, Pellegrini, & Terpstra, 1995; Duursma, 2011). Voorlezen en vertellen door middel van multi-sensory storytelling (MSST) leidt bij de doelgroep EMB tot positieve resultaten op verschillende ontwikkelingsdomeinen; onder andere beschreven in een rapport van PAMIS (2002) en een studie van Preece en Zhao (2014). De methode  is daarom aangepast voor cliënten van Kentalis met een communicatief meervoudige beperking tot de methode Zintuigenverhalen. Het resultaat is een verhaal waarbij tijdens het voorlezen pictogrammen en/of foto’s ingezet worden en waarbij tevens voorgelezen wordt met behulp van gebaren (NGT of NmG). Deze voorleesactiviteit biedt personen met een meervoudige communicatieve beperking een nieuwe ervaring, laat hen en hun omgeving op een positieve manier in interactie komen met elkaar en stimuleert tot slot de communicatieve vaardigheden van veel cliënten.

Doelen

  1. Om de methode Zintuigenverhalen breder en doeltreffender in te kunnen zetten, en ook voor niet-professionals toegankelijk te maken, is het van belang om de werkwijze te standaardiseren en te perfectioneren, waardoor de toepasbaarheid en effectiviteit worden vergroot. Het doel is om een pakket rondom Zintuigenverhalen (4 standaardverhalen en instructie) te ontwikkelen waarmee ouders/begeleiders zelfstandig aan de slag kunnen met hun kind/cliënt. Behalve dit instructiepakket, komt er een training waarin begeleiders (en desgewenst ouders/verwanten) leren om zelf een zintuigenverhaal te maken op maat. 
  2. Middels een effectstudie is bekeken of Zintuigenverhalen communicatie bij cmb-cliënten stimuleert. Er is onderzocht of het voorlezen van Zintuigenverhalen aan de cliënten hun aantal/soort communicatieve uitingen tijdens het vertellen van het verhaal positief beïnvloedt. 

Zelf Zintuigenverhalen voorlezen?

Om kennis te maken met ‘Zintuigenverhalen’ zijn er vier verschillende verhalen in verschillende versies gratis beschikbaar gemaakt, namelijk ‘Jip bakt koekjes’, ‘Jip gaat naar bed’, ‘Lynn gaat naar buiten’, en ‘Lynn gaat naar het bos’. Met een handleiding, downloads, filmpjes en een materialenlijst kan iemand zelf aan de slag. De voorbeeldverhalen zijn te vinden in de webshop van Kentalis. Ook is er een gratis iBook voor gebruik op de iPad te downloaden in de Apple iBooks Store. Hierin staan de vier verhalen en alle instructiematerialen. Zelf een Zintuigenverhaal op maat leren maken is ook mogelijk door het volgen van een cursus bij Kentalis. Inschrijven kan via de webshop.

Resultaten effectstudie

Het blijkt dat er verschillen zijn in de communicatieve uitingen van de kinderen als je het gewone voorleesverhaal vergelijkt met het Zintuigenverhaal. Tijdens het voorlezen van een Zintuigenverhaal:

  • zijn de kinderen meer betrokken; ze hebben meer aandacht voor het verhaal en de voorlezer.
  • zijn bijna alle kinderen actiever;
    - De kinderen reageren vaker direct op wat de voorlezer zegt/gebaart en doet. Dit kan bijvoorbeeld een glimlach zijn, maar ook het aanpakken van de beslagkom (verhaal ‘Jip bakt koekjes’) en hierin roeren met een pollepel.
    - Enkele kinderen nemen zelf meer initiatief tijdens het voorlezen van het Zintuigenverhaal. Soms heeft dit betrekking op het verhaal, maar soms ook op iets anders in de ruimte.
    - Enkele kinderen die normaal niet spreken laten nu wel klanken horen.
  • laten de kinderen meer enkelvoudige communicatieve uitingen zien (bijvoorbeeld een handeling zoals het aanpakken van een voorwerp). Sommigen laten zelfs meer gelijktijdige communicatieve uitingen zien; dit kan beteken dat ze op de bladzijde van het voorleesboek wijzen en gelijktijdig ook een klank laten horen.
  • zijn de kinderen geïnteresseerd in de voorwerpen die bij het verhaal horen; ze bekijken en pakken de voorwerpen en spelen er mee. 

Ervaringen van voorlezers

“Met materialen vond ik het veel leuker dan zonder, omdat de leerlingen meer reageren en benoemen. Dan zie ik meer ontwikkeling van een kind.”

“De kinderen keken teleurgesteld toen de Zintuigenverhalen afgelopen waren.”

“Ik werd er zelfs enthousiast van, toen X ineens meer liet zien qua communicatie […]. Er is veel meer contact. Zoiets had ik eerder nooit meegemaakt bij haar! Bij Zintuigenverhalen reageerde ze en keek er echt aandachtig naar! Ze maakte spontaan gebaren die bij het verhaal horen!”

“De leerlingen hebben toch wel baat bij de zintuiglijke prikkels! Want zonder is veel te abstract.”

Meer informatie