
“Morris (9) is een lieve, grappige, ijverige jongen”, vertelt zijn moeder Rochelle. “Ik bewonder zijn drive altijd. Hij heeft een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en ze dachten dat hij misschien nooit zou gaan praten en lopen. Nu maakt hij zinnen en zwemt hij bijna af voor zijn C-diploma. Bij de vroegbehandeling leerde hij woordjes en kreeg hij weer vertrouwen in anderen. Een gouden tijd, want daar is het fundament gelegd voor zijn leven.”
“Morris kon als peuter niet goed meekomen op de peuterspeelzaal. Een moeilijke tijd voor hem en ons. Hij vond het vreselijk om te gaan en kreeg niet de juiste begeleiding. Daarom heb ik hem er na drie maanden van afgehaald. Ik denk dat die tijd veel heeft gedaan met zijn vertrouwen in anderen.
Stil, angstig en gefrustreerd
Na onderzoek bij een audiologisch centrum van Libra – waar we te horen kregen dat hij misschien nooit zou gaan praten en lopen - kwamen we in contact met Kentalis. In maart 2020 mocht hij beginnen bij de vroegbehandeling. Daar is Morris echt gaan praten. Ik zeg altijd: Kentalis is echt het gouden stukje in zijn leven geweest.
Lieve, zachte juffen
Hij kwam daar als een stil en angstig jongetje. De frustratie kwam er in die tijd uit als hij naar bed ging. Dan noemde hij in bed de naam van iemand die hem die dag niet begreep en dat bleef aan hem vreten.
Bij Kentalis bloeide hij op en kreeg hij zijn vertrouwen terug. Hij groeide daar letterlijk en figuurlijk - ik denk door de benadering van de juffen. Zij waren zo lief en zacht en hebben hem echt op zijn tempo begeleid. Hij genoot van die tijd, zat zingend in de groep. Dat is echt het fundament geweest voor zijn leven. Daar zag hij: ik kan mensen buiten mijn ouders en broertje om vertrouwen. Ik ben die mensen zó dankbaar. Van tevoren vond ik het heel moeilijk om hem drie dagdelen te gaan brengen, maar het voelde na dag al goed. Ik haalde elke dag een blije jongen op.
Communiceren met de buitenwereld
Toen hij afscheid nam, was het nog onbekend of hij echt zinnen zou gaan maken. Maar de woordjes waren voor ons al fantastisch. Er ging voor hem een wereld open: ik kan nu zeggen wat ik wil! Hij praat nog altijd niet heel vloeiend - maar hij praat. Hij maakt zinnen en met een snelheid. Hij stuurt mij spraakberichtjes en die kan ik dan goed verstaan. Hij kan met de buitenwereld communiceren.
Wél mogelijk
Ik deel mijn verhaal ook om te laten zien dat er soms meer mogelijk is dan van tevoren wordt gedacht. Natuurlijk is het niet voor ieder kind hetzelfde, maar ik wil zeggen: laat je niet te bang maken. Morris motoriek is niet steeds zo goed, maar hij doet en kan het wel. Hij zwemt bijna af voor zijn C-diploma.
Fundament
Morris zit nu op een cluster-3 school en ze denken dat hij naar een sbo kan. Hij heeft op school nog fysio on logopedie. Het gaat goed met hem en hij heeft het naar zijn zin op school. Dat heeft hij aan zichzelf te danken. Hij heeft een enorme drive en is gewoon een slimme jongen die alles wil weten en doen. Ik bewonder hem daarom altijd. En het is dankzij Kentalis: die tijd is echt het fundament geweest voor zijn leven. Ze hebben hem daar zo sterk gekregen.
Nare reacties
Reacties van mensen blijf ik lastig vinden. Ik had niet verwacht dat volwassenen ook zo hard zouden zijn. Soms uiten ze gewoon hun ongenoegen waar hij bij staat. Bijvoorbeeld door te zeggen: ‘Laat maar, jou versta ik niet hoor’. Ook gaan de vragen over Morris altijd over wat hij moeilijk vindt. ‘Hij praat nog niet zoals het moet hè?’ Terwijl het bij mijn andere zoontje altijd over iets positiefs gaat: ‘Wat is hij snel en wat kan hij goed voetballen!’ Dat vind ik heel naar, want Morris hoort en begrijpt alles.
Iedereen heeft wel iets
Ik hoop dat Morris zo doorgaat en later kan doen wat hij leuk vindt. En dat hij later niet teveel zorgen heeft door zijn TOS en dat de maatschappij niet te hard is voor hem. Ik zeg altijd tegen Morris: ‘Laat ze maar praten. Iedereen heeft wel wat, ieders hersenen werken anders. Dat is helemaal oké.’”